Update over de wijzigingen in box-3!

Update over de wijzigingen in box-3!

In januari hebben wij dit artikel geplaatst over de belangrijke wijzigingen in box-3. Graag vullen wij dit bericht nu aan met belangrijke updates. 

Gevolgen kerstarrest box 3 steeds meer duidelijk

Eind april en begin mei jl. heeft het kabinet een aantal brieven aan de Tweede Kamer verzonden over de gemaakte keuzes voor het rechtsherstel (compensatie) in box 3. Dit voor belastingplichtigen die in het verleden onterecht (teveel) belasting hebben betaald over vermogen in box 3.

Wat is bekend gemaakt in deze berichtgeving aan de Tweede Kamer?

In deze brieven heeft het kabinet onder andere bekend gemaakt dat belastingplichtigen worden gecompenseerd voor het in het verleden geleden box 3 nadeel (teveel betaalde belasting) op basis van de zogenaamde spaarvariant (zie hierna voor een korte uitleg). Dit houdt in dat alleen belastingplichtigen met relatief veel spaargeld en slechts een beperkte omvang aan beleggingen (zoals effecten en onroerende zaken) in aanmerking komen voor compensatie.

Wat houdt het rechtsherstel (de compensatie) door middel van de spaarvariant in?

Zoals hiervoor aangegeven zullen belastingplichtigen worden gecompenseerd door middel van de zogenaamde spaarvariant. Bij de spaarvariant wordt gekeken naar de daadwerkelijke samenstelling van het vermogen van iedere belastingplichtige, waarbij een onderscheid wordt gemaakt tussen spaargeld, schulden en overige bezittingen (zoals effecten en onroerende zaken). Het te belasten inkomen wordt vervolgens bepaald aan de hand van de volgende forfaits:

Forfaits spaarvariant

2017

2018

2019

2020

2021

Spaargeld

0,25%

0,12%

0,08%

0,04%

0,01%

Beleggingen

5,39%

5,38%

5,59%

5,28%

5,69%

Schulden

3,43%

3,20%

3,00%

2,74%

2,46%

Het inkomen voor box 3 dat bestaat uit spaargeld wordt bepaald aan de hand van de actuele spaarrente. Voor renteaftrek voor de schulden wordt aangesloten bij de hypotheekrente. Voor de overige bezittingen wordt aangesloten bij het meerjarige rendement voor beleggingen.

Wie komen voor deze compensatie in aanmerking?

Het kabinet heeft ervoor gekozen om vooralsnog alleen de belastingplichtigen die (tijdig) bezwaar hebben gemaakt, of nog tijdig bezwaar kunnen maken, tegen de betaalde box 3 belasting over de jaren 2017 en volgend, in aanmerking te laten komen voor rechtsherstel.

En wat nu als in het verleden niet tijdig bezwaar is gemaakt, gaat de compensatie ook gelden voor de ‘niet-bezwaarmakers’?

Voor belastingplichtigen die geen (tijdig) bezwaar hebben gemaakt tegen de box 3 heffing begrepen in de aanslag inkomstenbelasting (jaren 2017-2021), ook wel genoemd de ‘niet-bezwaarmakers’, gaat het kabinet nog beslissen of ook zij gecompenseerd zullen gaan worden.

De Hoge Raad, ons hoogste rechtscollege, heeft op 20 mei jl al wel over deze situatie (vervroegd) uitspraak gedaan. De Hoge Raad heeft beslist dat aan ‘niet-bezwaarmakers’ geen rechtsherstel hoeft te worden geboden. Het is nu aan het kabinet of zij toch nog tegemoet gaan komen aan deze groep ‘niet-bezwaarmakers’. Vooralsnog verwachten wij hier echter niet teveel van nu dit een aanzienlijk budgettair effect zal hebben.

Veel partijen in de Tweede Kamer geven echter al wel aan dat zij in elk geval ‘kleine spaarders’ willen compenseren die geen bezwaar hebben gemaakt, maar het blijft lastig om te bepalen waar die grens moet liggen. Het lijkt erop dat het vooralsnog uit gaat komen op een bedrag aan spaargeld dat ligt tussen Euro 100.000 tot Euro 200.000.

Als de compensatie ook gaat gelden voor de ‘niet-bezwaarmakers’, wat moet er dan gebeuren?

Als de besluitvorming door het kabinet alsnog positief uitvalt voor (een deel van) de ‘niet-bezwaarmakers’, dan zal voor deze belastingplichtigen (niet-bezwaarmakers) die box 3 belasting hebben betaald in het jaar 2017 en volgende jaren, hoogstwaarschijnlijk een zogenaamd ambtshalve verzoek moeten worden ingediend. Het kan echter ook zijn dat dit rechtsherstel (de compensatie) automatisch gaat plaatsvinden voor deze groep. Dit is afhankelijk van de besluitvorming door het kabinet. Het heeft op basis van de berichtgeving van de overheid op dit moment geen nut om hiervoor nu al een verzoek om ambtshalve vermindering in te dienen.

Hoe ziet de planning van deze compensatie (rechtsherstel) er nu concreet uit? Moet ik zelf nog actie ondernemen?

Op dit moment hoeft u zelf geen actie te ondernemen. Op basis van de huidige berichtgeving van de overheid is het volgende namelijk te verwachten:

  • Is al eerder bezwaar gemaakt en is dit bezwaar aangewezen als massaal bezwaar over de belastingjaren 2017-2020, dan wordt het rechtsherstel op basis van de spaarvariant automatisch verwerkt in de uitspraak op bezwaar;
  • Voor de jaren 2017 en volgende jaren waarvoor nog geen definitieve aanslag inkomstenbelasting (waaronder box 3) is opgelegd, zal in de nog op te leggen aanslag automatisch rekening worden gehouden met de hiervoor genoemde compensatie op basis van de spaarvariant. Dit zal gebeuren op grond van de (voorlopig) volgende tijdsplanning:
    • Vanaf augustus 2022 worden alle aanslagen 2021 gefaseerd opgelegd door de Belastingdienst;
    • Vanaf halverwege september 2022 wordt daarnaast compensatie geboden voor alle aanslagen 2017 tot en met 2020 die op 24 december 2021 nog niet definitief vaststonden;
    • Vanaf medio oktober 2022 volgt compensatie voor alle aanslagen 2017 tot en met 2020 waarvoor nog geen aanslag was opgelegd.

Al met al een aanzienlijke operatie voor met name de Belastingdienst.

Wat kunt u nog van ons verwachten?

Het kan zijn dat wij alsnog ambtshalve verminderingsverzoeken gaan indienen voor onze cliënten (niet-bezwaarmakers) met voldoende box 3 inkomen over het jaar 2017 en volgende jaren. Wij houden daarbij uiteraard voor ogen dat de kosten moeten opwegen tegen het voordeel dat wij voor onze cliënten kunnen behalen. Of dit daadwerkelijk nodig is is afhankelijk van de besluitvorming door het kabinet op dit punt. Wij houden de berichtgeving uiteraard scherp voor u in de gaten.

Heeft het rechtsherstel ook gevolgen voor bijvoorbeeld ontvangen toeslagen?

Ja, dat kan. Doordat als gevolg van het rechtsherstel het box 3 inkomen daalt, daalt ook het verzamelinkomen. Dit kan uiteraard effect hebben op financiële regelingen die de omvang van de vergoeding afhankelijk stellen van dit verzamelinkomen zoals de zorgtoeslag en kinderopvangtoeslag. Doordat deze regelingen worden uitgevoerd door de Belastingdienst worden deze automatisch aangepast.

Bijvoorbeeld de erfbelasting, de huurtoeslag en de energiebespaarlening via het Warmtefonds maakt ook gebruik van het zogenaamde verzamelinkomen. Het rechtsherstel kan ook voor deze regelingen gevolgen hebben. De Staatssecretaris is hierover op dit moment nog in overleg met betrokken instanties hoe hiermee om te gaan. We moeten nog even afwachten of deze regelingen ook automatisch worden aangepast als gevolg van het rechtsherstel.

Hoe ziet de toekomst van ons box 3 stelsel eruit?

Het rechtsherstel op basis van de spaarvariant zal worden vastgelegd en omgezet in een wetsvoorstel voor de jaren 2023 en 2024 (de overbruggingswet). Deze zal aanstaande Prinsjesdag aan de Tweede Kamer worden aangeboden.

Vanaf het jaar 2025 wil het kabinet een box 3-stelsel invoeren dat is gebaseerd op het werkelijke rendement. Het huidige voorstel is om box 3 vorm te geven als een zogenaamde vermogensaanwasbelasting. Het box 3 stelsel belast dan:

  • De reguliere inkomsten (zoals rente, dividend, huur, pacht verminderd met de kosten), maar ook
  • De waardeontwikkeling van het vermogen (u moet dan denken aan koerswinst/verlies op aandelen en waardestijging/daling van onroerend goed).

Vragen? Neem contact met ons op.

Terug naar overzicht
Geplaatst in .